Uit het "AMSTERDAMS DAGBLAD" (28-JULI-1945)


ANNEXATIE

VREDE,  RECHT,  WELVAART

door

Mr. Drs. A. Börger

W
anneer
schadevergoeding door annexatie verkregen wordt zal een strook grondgebied langs onze geheele Oostgrens bij ons land gevoegd moeten worden om moeilijkheden tusschen de Oostelijke Nederlandsche provincies te voorkomen, en omdat in deze streek al datgene te vinden is, wat wij dringend noodig hebben: bouwgrond, bodemschatten, mijnhout enz.
    Hoe breed de strook zal moeten zijn, is een vraagstuk, dat wij aan de experts en de vredesconferentie moeten overlaten. Het betreffende gebied is veel minder dicht bevolkt dan het aangrenzende Nederlandsche en is in veel geringere mate tot ontginning gebracht; de Nederlanders zijn verreweg de meerdere van de Duitschers in organisatie en ontginning.

 EVACUATIE van het te annexeeren gebied is beslist noodzakelijk, omdat de Duitsche grensbevolking, ofschoon stamverwant, allesbehalve geestverwant is; zij is n.l. door de nationaal-socialisten bewerkt tot de felste voorstanders van hun ideologie, juist omdat zij grensbevolking is. De Oldenburgers, Oost-Friezen enz. zijn dan ook in de hoogste mate medeplichtig aan de ellende, welke over ons land is uitgestort, en zij zijn volstrekt onbetrouwbaar.

    Nu wordt door de tegenstanders van annexatie o. a. het feit uitgespeeld, dat deze grensstrook, zooals wij opmerkten, zoo matig ontgonnen is. Wij hebben er dus nog veel werk te doen, avorens de zaak daar in exploitatie is, zooveel, dat inmiddels Walcheren en de Wieringermeer en dgl. weer zijn drooggelegd en in bedrijf gesteld.

   Dit argument verbaast ons niet weinig. Immers wordt hierbij over het hoofd gezien, dat deze sector van topbouw ons milliarden aan arbeid en kapitaalgoederen kost, zoo cer wij geen schadevergoe Den. wij zelf die milliardenschade moeten dragen, welke ons is toegebracht om onze volkskracht te breked: terwijl bovendien duizenden en duizenden landgenooten dan al die jaren onder de ellendigste omstandigheden zullen moeten leven.

Een intermezzo.     
HET Duitsche volk heeft het nazisme omhelsd; het moet de consequenties daarvan dragen. Niet uit oorlogsnoodzaak is ons land zoo verwoest, maar uit nationaal-socialistische berekening. De nederlaag wordt in die kringen (die millioenen en millioenen Duitschers omvatten) beschouwd als een intermezzo. Daarom werd, toen de nederlaag zeker was, ernaar gestreefd de aangrenzende landen zoo grondig mogenlijk te verzwakken en te ontredderen. Dit is ten aanzien van ons land danig gelukt. Wij echter willen de nederlaag niet als intermezzo. Wij willen vrede, rechtszekerheid, welvaart.
     Laat men ook niet denken, dat onze boeren er niets voor gevoelen om nieuw land te gaan ontginnen. Voor den oorlog waren er plannen om Nederlandsche boeren te doen emigreeren naar Z. Frankrijk en er bestond groote sympathie hiervoor in de boerenwereld. Duizenden boeren wachten op nieuwen grond.

    En wat voor onze boeren geldt, geldt voor het geheele volk, dar nog vitaliteit genoeg bezit, doch er voor dient te zorgen, dat deze vitaliteit niet verloren gaat in mis&egrve;re en tobben; dat het niet wordt doodgedrukt door omstandigheden, waartegen het niet is opgewassen.

Wanneer wij onze cultureele taak. zooals omschreven in het eerste artikel van deze reeks, willen vervullen, moeten wij armslag hebben om onze volkskracht op peil te houden.

    Duitsland heeft bij ons de klok terugezet.
    Duitsland zal er aan moeten medehelpen, dat hij weer de juisten tijd aangeeft.
***